Een betonreparateur had zich ziek gemeld vanwege klachten aan zijn rechterpols. De bedrijfsarts stelde dat de werknemer wel werkzaamheden kon verrichten met de linkerpols en derhalve beschikbaar diende te zijn voor arbeid. De werkgever kon hem echter diverse malen niet bereiken en stuurde werknemer een waarschuwing. Na een operatie aan de rechterpols ging werknemer in gesprek met de werkgever. De werknemer stelde dat hij van zijn arts geen inspanningen mocht verrichten, niet mocht autorijden en voortdurend een brace moest dragen. De werkgever kreeg twijfels door verhalen van andere medewerkers en door berichten op social media. Door het inschakelen van een onderzoeksbureau kwamen tegenstrijdigheden aan het licht. Zo bleek o.a. dat de betrokken werknemer regelmatig een handgeschakelde auto bestuurde, goederen kon tillen met de rechterhand en geen brace droeg. De werkgever ging over tot ontslag op staande voet. De rechter oordeelde dat het meerdere malen liegen tegenover werkgever over de inzetbaarheid een dringende reden geeft voor ontslag. Het gedrag van de werknemer is ernstig verwijtbaar; het recht op transitievergoeding is daarmee ook vervallen.