Undercover

Het TV-programma Undercover had een item over misleiding en oplichting opgenomen. In dit item werd een slachtoffer gevolgd die via een datingsite in contact was gekomen met een oplichtster. De oplichtster had inmiddels voor ruim € 13.000 van het slachtoffer ‘geleend’ voor diverse zaken, zoals bijvoorbeeld een autoreparatie. De vrouw in kwestie wilde voorkomen dat het betreffende item werd uitgezonden en stapte naar de rechter. De zaak kwam uiteindelijk voor het Gerechtshof. Het Hof stelt dat het onderwerp ‘oplichting’ een misstand is die de samenleving raakt.

Na het bekijken van de voorgenomen uitzending is het Hof van mening dat er sprake is van journalistieke aandacht voor deze misstand. Het feitenmateriaal toont de beschuldiging voldoende aan. Voor wat betreft het recht op privacy vindt het Hof dat er geen sprake is van duidelijke herkenbaarheid en dat er slechts sprake is van een geringe inbreuk op dit recht. De vrijheid van meningsuiting van de producent prevaleert boven het belang van de oplichtster bij bescherming van haar recht op privacy en haar eer en goede naam. Ook een beroep op de AVG slaagde in dit geval niet.