Als één van uw dierbaren overlijdt hoopt u dat die persoon zijn laatste wil goed heeft vastgelegd. Niet alleen omdat u graag wilt doen wat die persoon had gewild maar ook om familieruzies te voorkomen. Daarnaast is het belangrijk dat ook u zelf goed vastlegt wat er moet gebeuren met spullen en geld als u komt te overlijden. Het opstellen van een testament gebeurt bij de notaris en kan vanaf de leeftijd van 16 jaar. U kunt het testament altijd veranderen zolang u leeft.
Als u ongehuwd en zonder notarieel samenlevingscontract of geregistreerd partnerschap samenwoont is het verstandig om een testament op te stellen. U erft namelijk niet van elkaar als de ander overlijdt en alle bezit komt dan toe aan de wettelijke erfgenamen. In uw testament kunt u een verblijvingsbeding opnemen zodat de partner gebruik kan blijven maken van de gemeenschappelijke bezittingen. Zo voorkomt u dat uw partner problemen krijgt als u overlijdt.
Daarnaast is het verstandig in het testament vast te leggen wie de voogdij over de kinderen krijgt als beide partners overlijden. Dit kan één persoon zijn, of twee personen gezamenlijk. Als beide ouders het gezag hebben en één van beiden komt te overlijden, dan heeft de andere ouder automatisch het gezag en daarmee de voogdij. Maar let op, het gezag moet apart worden geregeld, dat is niet hetzelfde als erkenning. Als het gezag niet bij beide ouders ligt of beide ouders komen te overlijden, dan bepaalt de rechter wie de voogdij krijgt over de kinderen.
Tenslotte kunt u in uw testament een testamentair executeur aanwijzen. Deze persoon gaat alles regelen met betrekking tot uw nalatenschap.