Jongeren hebben een leerplicht totdat zij 18 jaar zijn of over een startkwalificatie (mbo-diploma niveau 2 of havo/vwo-diploma) beschikken. Ze mogen wel een bijbaan of vakantiebaan hebben of stage lopen. In de Arbeidstijdenwet (ATW) zijn voor kinderen speciale regels opgenomen die niet alleen de werktijden betreffen maar ook het soort werk beschrijven dat jongeren mogen doen.
Voor alle jongeren tot 18 jaar geldt dat arbeid dat gevaarlijk is voor de gezondheid (zoals het werken met bestrijdingsmiddelen of andere gevaarlijke stoffen) verboden is. Voor het meedoen aan uitvoeringen (bijvoorbeeld een toneelstuk, musical, film of in een reclamespotje spelen) gelden per leeftijdscategorie speciale regels. Kinderen van 12 jaar mogen alleen werken in het kader van een werkstraf of een leerproject. Kinderen van 13 en 14 jaar mogen alleen klusjes doen en helpen bij licht, niet-industrieel werk. Niet-industrieel werk betekent dat zij niet mogen werken in een fabriek of met/bij machines. Kinderen van 15 jaar mogen zelfstandig werk doen dat licht en niet-industrieel is. Zoals bijvoorbeeld vakken vullen in een supermarkt en reclamefolders bezorgen. Jongeren van 16 en 17 jaar mogen bijna elk soort werk doen zolang het werk niet gevaarlijk is en hen niet verhindert om naar school te gaan. Zij mogen bijvoorbeeld niet werken met gevaarlijke stoffen of in een lawaaiige omgeving. In een vakantieweek mogen de kinderen meer uren werken dan in een schoolweek.